Pissen in het nederlands

Vertaling: pissen, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
opbrengen, treffen, aanmaken, wateren, afwerpen, bedrijven, behalen, opleveren, urineren, pis, creëren, laten, maken, inhalen, pissen, voortbrengen, piss, pies, plassen
Pissen in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • bodenkammern in het nederlands - middel, middel van de hogere, middel in hogere voorziening, middel in hogere
  • fehlentwicklung in het nederlands - dwaling, misverstand, abuis, fout, vergissing, mislukte, gefaald, ...
  • grips in het nederlands - hersenen, hersens, brein, breinen, de hersenen
  • jauche in het nederlands - modder, slib, slik, pies, pis, pissen, mest, ...
Willekeurige woorden
Pissen in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: opbrengen, treffen, aanmaken, wateren, afwerpen, bedrijven, behalen, opleveren, urineren, pis, creëren, laten, maken, inhalen, pissen, voortbrengen, piss, pies, plassen