Schätzen in het nederlands
Vertaling: schätzen, Woordenboek: duits » nederlands
Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
neerleggen, rangorde, lokaal, beschikking, rechter, vermoeden, file, verordenen, trap, kachel, positie, gehalte, begroten, richter, situeren, opdracht, waarderen, appreciëren, waardeer, prijs stellen, op prijs stellen
Verwante woorden
Vertalingen
- geistesschwach in het nederlands - imbeciel, idioot, imbecile, imbeciele, stompzinnige
- geopfert in het nederlands - opgeofferd, geofferd, offerde, offerden, gedood
- konjugierte in het nederlands - geconjugeerde, geconjugeerd
- kreieren in het nederlands - bedrijven, afwerpen, doen, opbrengen, metselen, voortbrengen, maken, ...
Willekeurige woorden
Schätzen in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: neerleggen, rangorde, lokaal, beschikking, rechter, vermoeden, file, verordenen, trap, kachel, positie, gehalte, begroten, richter, situeren, opdracht, waarderen, appreciëren, waardeer, prijs stellen, op prijs stellen
Vertalingen: neerleggen, rangorde, lokaal, beschikking, rechter, vermoeden, file, verordenen, trap, kachel, positie, gehalte, begroten, richter, situeren, opdracht, waarderen, appreciëren, waardeer, prijs stellen, op prijs stellen