Schwächlichkeit in het nederlands
Vertaling: schwächlichkeit, Woordenboek: duits » nederlands
Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
snoepgoed, lekkernij, versnapering, zwakte, zwakheid, zwakke, zwak, zwak punt
Vertalingen
- apotheke in het nederlands - apotheek, farmacie, artsenijbereidkunde, de farmacie, apotheken, de apotheek
- ein in het nederlands - enig, iemand, men, een, 'n, je, één, ...
- gertenschlank in het nederlands - dun, mager, slank, sprietig, soepel, elastisch, lenig, ...
- heroldstab in het nederlands - caduceus, caduceus van, caduceus van de
Willekeurige woorden
Schwächlichkeit in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: snoepgoed, lekkernij, versnapering, zwakte, zwakheid, zwakke, zwak, zwak punt
Vertalingen: snoepgoed, lekkernij, versnapering, zwakte, zwakheid, zwakke, zwak, zwak punt