Stationieren in het nederlands

Vertaling: stationieren, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
positie, thuis, opzenden, plek, houding, verzenden, betrekking, statie, vereenzelvigen, stationeren, stelling, neerleggen, situeren, tehuis, plaatsen, werkkring, implementeren, inzetten, zetten, ontplooien, implementeren van
Stationieren in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • einschließen in het nederlands - behelzen, inhouden, insluiten, bevatten, omvatten, onder, onder andere, ...
  • fan in het nederlands - beoefenaar, fanatiek, adept, ventilator, aanvuren, helper, aanwakkeren, ...
  • hutmacherin in het nederlands - modiste, hoedenmaakster, Milliner, hoedenmaker, hoedenmakerij
  • koppel in het nederlands - paddock, weide, rennerskwartier, de paddock
Willekeurige woorden
Stationieren in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: positie, thuis, opzenden, plek, houding, verzenden, betrekking, statie, vereenzelvigen, stationeren, stelling, neerleggen, situeren, tehuis, plaatsen, werkkring, implementeren, inzetten, zetten, ontplooien, implementeren van