Unruhe in het nederlands

Vertaling: unruhe, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
angst, benauwdheid, herrie, gisten, rusteloosheid, beroering, beweging, fermenteren, getier, agitatie, storing, gisting, woeling, opschudding, troebelen, roerigheid, onrust
Unruhe in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • angesprochen in het nederlands - aangesproken, gericht, aangepakt, behandeld, gerichte
  • aufzählende in het nederlands - enumeratieve, opsomming, opsommende, opsommingen
  • beschlag in het nederlands - fitting, passend, montage, passende, passen
  • heimlicher in het nederlands - geheim, geheime, het geheim, verborgen, secret
Willekeurige woorden
Unruhe in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: angst, benauwdheid, herrie, gisten, rusteloosheid, beroering, beweging, fermenteren, getier, agitatie, storing, gisting, woeling, opschudding, troebelen, roerigheid, onrust