Vorbereitung in het nederlands
Vertaling: vorbereitung, Woordenboek: duits » nederlands
Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
voorbereiding, bereiding, toebereiding, voorbereidsel, opleiding, preparaat, het preparaat, de voorbereiding
Verwante woorden
Vertalingen
- bonbon in het nederlands - zoetigheid, pil, snoep, suikergoed, candy, snoepje, snoepjes
- eigenart in het nederlands - vak, tak, afdeling, nieuwsgierigheid, weetgierigheid, branche, rariteit, ...
- instrukteur in het nederlands - schooljuffrouw, leerkracht, lerares, leraar, instructeur, onderwijzer, schoolmeester, ...
- kranker in het nederlands - invalide, ziek, misselijk, zieke, zieken, ziek zijn
Willekeurige woorden
Vorbereitung in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: voorbereiding, bereiding, toebereiding, voorbereidsel, opleiding, preparaat, het preparaat, de voorbereiding
Vertalingen: voorbereiding, bereiding, toebereiding, voorbereidsel, opleiding, preparaat, het preparaat, de voorbereiding