Wachsen in het nederlands

Vertaling: wachsen, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
grootbrengen, aanwassen, groei, uitbouwen, vergroten, vermeerderen, aangroeien, toenemen, rijp, ophalen, beuren, beschaven, bezonken, aankweken, bebouwen, opvoeden, groeien, telen, te groeien, groeit, laten groeien
Wachsen in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • aufgeblüht in het nederlands - bloeide, opgebloeid, bloei, bloeiden, gebloeid
  • bäume in het nederlands - bomen, de bomen
  • infinitum in het nederlands - oneindige, het oneindige, eindeloos, in het oneindige
Willekeurige woorden
Wachsen in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: grootbrengen, aanwassen, groei, uitbouwen, vergroten, vermeerderen, aangroeien, toenemen, rijp, ophalen, beuren, beschaven, bezonken, aankweken, bebouwen, opvoeden, groeien, telen, te groeien, groeit, laten groeien