Weggehend in het nederlands
Vertaling: weggehend, Woordenboek: duits » nederlands
Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
afvaart, vertrek, uittocht, afrit, aftredend, uitgaande, uitgaand, vertrekkende, de uitgaande
Vertalingen
- bilanzbuchhalter in het nederlands - boekhouder, accountant, boekhoudkundige, administrateur
- brechstangen in het nederlands - breaking, breken, brekende, verbreken, het breken
- garnele in het nederlands - garnaal, steurgarnaal, garnalen, shrimp, garnalenvisserij
- hitzschlag in het nederlands - zonnesteek, een zonnesteek, hitteberoerte, heatstroke, hartaanval
Willekeurige woorden
Weggehend in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: afvaart, vertrek, uittocht, afrit, aftredend, uitgaande, uitgaand, vertrekkende, de uitgaande
Vertalingen: afvaart, vertrek, uittocht, afrit, aftredend, uitgaande, uitgaand, vertrekkende, de uitgaande