Züchten in het nederlands

Vertaling: züchten, Woordenboek: duits » nederlands

Brontaal:

duits

Doeltaal:

nederlands

Vertalingen:

opvoeden, aankweken, toegaan, fokken, telen, ophalen, verbouwen, bebouwen, beuren, opkweken, opfokken, toenemen, grootbrengen, oprichten, heffen, gebeuren, ras, kweken, broeden, te fokken

Verwante woorden

opvoeden in het duits

aankweken in het duits

verbouwen in het duits

bebouwen in het duits

beuren in het duits

opkweken in het duits

opfokken in het duits

toenemen in het duits

grootbrengen in het duits

oprichten in het duits

heffen in het duits

gebeuren in het duits

Vertalingen

behilflich in het nederlands - behulpzaam, nuttig, nuttige, een nuttige, beoordeling
hauptrolle in het nederlands - leiden, dirigeren, geleiden, voeren, lood, mennen, richten, ...
inversion in het nederlands - inversie, omkering, omkeren, omzetting
kakao in het nederlands - cacao, cacao-, van cacao, chocolademelk

Willekeurige woorden

achterblijven in het engels

bongerd in het engels

boom in het engels

melaatse in het engels

slager in het engels

Züchten in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: opvoeden, aankweken, toegaan, fokken, telen, ophalen, verbouwen, bebouwen, beuren, opkweken, opfokken, toenemen, grootbrengen, oprichten, heffen, gebeuren, ras, kweken, broeden, te fokken