Ziel in het nederlands
Vertaling: ziel, Woordenboek: duits » nederlands
Brontaal:
duits
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
strekking, afmaken, toeleg, afsluiten, objectief, plan, honk, einde, doelwit, uitmaken, schietschijf, eindigen, afloop, voorwerp, beëindigen, bedoelen, doel, doelstelling, doel in, doelgroep
Verwante woorden
Vertalingen
- erhalt in het nederlands - ontvangst, behoud, kwiteren, receptie, reçu, kwitantie, aanvaarding, ...
- flamme in het nederlands - vlammen, laaien, royeren, vlam, ambitie, schieten, vuren, ...
- geländer in het nederlands - leuning, balustrade, spoorstaaf, rail, hekje, balie, reling, ...
- heiser in het nederlands - nurks, bars, nors, schor, rauw, hees, onaardig, ...
Willekeurige woorden
Ziel in het nederlands - Woordenboek: duits » nederlands
Vertalingen: strekking, afmaken, toeleg, afsluiten, objectief, plan, honk, einde, doelwit, uitmaken, schietschijf, eindigen, afloop, voorwerp, beëindigen, bedoelen, doel, doelstelling, doel in, doelgroep
Vertalingen: strekking, afmaken, toeleg, afsluiten, objectief, plan, honk, einde, doelwit, uitmaken, schietschijf, eindigen, afloop, voorwerp, beëindigen, bedoelen, doel, doelstelling, doel in, doelgroep