Grow in het nederlands

Vertaling: grow, Woordenboek: engels » nederlands

Brontaal:
engels
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
heffen, aanwassen, tillen, opkweken, aankweken, ophalen, oprichten, beschaven, gebeuren, toenemen, telen, opfokken, opvoeden, fokken, aangroeien, bebouwen
Grow in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • condescending in het nederlands - minzaam, neerbuigend, neerbuigende, vernederende
  • cutbacks in het nederlands - bezuinigingen, bezuinigd, besparingen, inkrimping, bezuinigen
  • device in het nederlands - hulpmiddelen, foefje, inrichting, toestel, apparaat, het apparaat
Willekeurige woorden
Grow in het nederlands - Woordenboek: engels » nederlands
Vertalingen: heffen, aanwassen, tillen, opkweken, aankweken, ophalen, oprichten, beschaven, gebeuren, toenemen, telen, opfokken, opvoeden, fokken, aangroeien, bebouwen