Puolueeton in het nederlands

puolue in het nederlands - aanhang, stem, gevolg, leden, partij, feest, feestje, ...
puolueellisuus in het nederlands - vooringenomenheid, vooroordeel, vertekening, voorspanning, voorkeur
puoluekokous in het nederlands - congres, Congres, Congress, het Congres, congrescentrum
puolueryhmä in het nederlands - partij, stem, factie, fractie, groepering, faction

Willekeurige woorden

consultatie

donkerrood

bewoording in het engels

posterijen in het engels

Puolueeton in het nederlands - Woordenboek: fins » nederlands
Vertalingen: mikpunt, honk, neutraal, doelstelling, doelwit, objectief, doel, afzijdig, onpartijdig, schietschijf, neutrale