Édifice in het nederlands

Vertaling: édifice, Woordenboek: frans » nederlands

Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
toneel, constructie, geslacht, gebouw, aanbouw, stof, huizen, toneelwezen, huishouden, familie, gezin, textiel, laken, perceel, structuur, theater, bouw, bouwwerk, building, pand
Édifice in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • accroissement in het nederlands - baat, lichaamsbouw, vermeerdering, uitzetting, vergroting, toeslag, aangroeien, ...
  • brancha in het nederlands - aangesloten, ingeplugd, ingestoken, gestoken, verstopt
  • greffe in het nederlands - enten, omkoping, ent, transplantaat, graft, implantaat, transplantatie
Willekeurige woorden
Édifice in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: toneel, constructie, geslacht, gebouw, aanbouw, stof, huizen, toneelwezen, huishouden, familie, gezin, textiel, laken, perceel, structuur, theater, bouw, bouwwerk, building, pand