Établir in het nederlands
Vertaling: établir, Woordenboek: frans » nederlands
Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
inhalen, uitbrengen, voorschrijven, zitplaats, instellen, aanbrengen, bevinden, raam, stichten, vestigen, besluiten, uitschrijven, vinden, bewijzen, beslissen, plant, oprichten, vaststellen, vast te stellen, vast
Verwante woorden
Vertalingen
- démantela in het nederlands - ontmanteld, gedemonteerd, ontmantelde, gedemonteerde, afgebroken
- effondrent in het nederlands - instorten, ineenstorten, uiteenvallen, ineenstorting, instorting, collapse
- grippe in het nederlands - bemachtigen, oor, vastgrijpen, valies, aangrijpen, pakken, koffer, ...
- limoneux in het nederlands - smerig, vuil, modderig, troebel, slijmerig, slijmerige, gniepig, ...
Willekeurige woorden
Établir in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: inhalen, uitbrengen, voorschrijven, zitplaats, instellen, aanbrengen, bevinden, raam, stichten, vestigen, besluiten, uitschrijven, vinden, bewijzen, beslissen, plant, oprichten, vaststellen, vast te stellen, vast
Vertalingen: inhalen, uitbrengen, voorschrijven, zitplaats, instellen, aanbrengen, bevinden, raam, stichten, vestigen, besluiten, uitschrijven, vinden, bewijzen, beslissen, plant, oprichten, vaststellen, vast te stellen, vast