Brouter in het nederlands

Vertaling: brouter, Woordenboek: frans » nederlands

Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
afranselen, afdrogen, grazen, kletteren, knagen, oogst, opbrengst, knabbelen, weiden, gewas, blader, bladeren, doorbladeren, surfen, te bladeren
Brouter in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • broute in het nederlands - schaafwonden, schrammen, graast, weidt, grazes
  • broutent in het nederlands - afgrazen, begrazing, grazen, grazende, beweiding, grazend
  • broutez in het nederlands - afgrazen
  • broutilles in het nederlands - kleinigheden, trifles, onbenulligheden, beuzelingen, nietigheden
Willekeurige woorden
Brouter in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: afranselen, afdrogen, grazen, kletteren, knagen, oogst, opbrengst, knabbelen, weiden, gewas, blader, bladeren, doorbladeren, surfen, te bladeren