Dégringoler in het nederlands
Vertaling: dégringoler, Woordenboek: frans » nederlands
Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
schemering, spenderen, druppel, lik, uitgeven, uitvallen, vallen, waterdruppel, vellen, toestemmen, storten, afvallen, neervallen, neerdaling, schemer, schemerdonker, tuimelen, buitelen, duikelen, wasdroger, de wasdroger
Verwante woorden
Vertalingen
- dégressif in het nederlands - degressieve, degressief, degressief is, afnemende, degressiviteit
- dégringolade in het nederlands - storten, verwoesten, afvallen, val, herfst, ruïne, schemering, ...
- déguenillé in het nederlands - haveloos, ruw, ragged, voddig, gescheurd
- déguerpir in het nederlands - beproeving, toets, voorrijden, test, ontsnappen, ontkomen, afhangen, ...
Willekeurige woorden
Dégringoler in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: schemering, spenderen, druppel, lik, uitgeven, uitvallen, vallen, waterdruppel, vellen, toestemmen, storten, afvallen, neervallen, neerdaling, schemer, schemerdonker, tuimelen, buitelen, duikelen, wasdroger, de wasdroger
Vertalingen: schemering, spenderen, druppel, lik, uitgeven, uitvallen, vallen, waterdruppel, vellen, toestemmen, storten, afvallen, neervallen, neerdaling, schemer, schemerdonker, tuimelen, buitelen, duikelen, wasdroger, de wasdroger