Déménager in het nederlands
Vertaling: déménager, Woordenboek: frans » nederlands
Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
treffen, elimineren, ontroeren, aandoen, aangrijpen, overplaatsen, duster, reizen, afzetten, wegdoen, verleggen, bewegen, uitbrengen, ontdoen, uittrekken, peignoir, verhuizing, beweging, zet, verplaatsen
Verwante woorden
Vertalingen
- démythifier in het nederlands - demystificeren, demystify, ontraadselen, demystifiëren, te demystificeren
- déménagement in het nederlands - omzetten, ontroeren, uitrichten, uitwerken, overplaatsen, verwijdering, overbrengen, ...
- déménageur in het nederlands - verhuizer, mover, beweger, krachtwerktuig, drijfveer
- démérite in het nederlands - dwaling, betichten, gebrek, breuk, beschuldigen, aanrekenen, abuis, ...
Willekeurige woorden
Déménager in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: treffen, elimineren, ontroeren, aandoen, aangrijpen, overplaatsen, duster, reizen, afzetten, wegdoen, verleggen, bewegen, uitbrengen, ontdoen, uittrekken, peignoir, verhuizing, beweging, zet, verplaatsen
Vertalingen: treffen, elimineren, ontroeren, aandoen, aangrijpen, overplaatsen, duster, reizen, afzetten, wegdoen, verleggen, bewegen, uitbrengen, ontdoen, uittrekken, peignoir, verhuizing, beweging, zet, verplaatsen