Empêcher in het nederlands

Vertaling: empêcher, Woordenboek: frans » nederlands

Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
afbreken, opbreken, belemmeren, stelpen, hinderen, statie, aanhouden, stopplaats, opheffen, afsluiten, voorkomen, beletten, verhoeden, pleisterplaats, staken, afdammen, verhinderen, te voorkomen, voorkomen dat
Empêcher in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • empêchement in het nederlands - inmenging, dichtmaken, dobbelsteen, afsluiting, hijsblok, versperring, storing, ...
  • empêchent in het nederlands - verhinderen, beletten, verhoeden, voorkomen, te voorkomen, voorkomen dat
  • empêchez in het nederlands - voorkomen, verhinderen, verhoeden, beletten, te voorkomen, voorkomen dat
  • empêchons in het nederlands - verhinderen, verhoeden, beletten, voorkomen, zijn, bent, is, ...
Willekeurige woorden
Empêcher in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: afbreken, opbreken, belemmeren, stelpen, hinderen, statie, aanhouden, stopplaats, opheffen, afsluiten, voorkomen, beletten, verhoeden, pleisterplaats, staken, afdammen, verhinderen, te voorkomen, voorkomen dat