Empêtrer in het nederlands

Vertaling: empêtrer, Woordenboek: frans » nederlands

Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
vergen, dooreenhalen, rekenen, verstrikken, betrekken, behoeven, moeten, eisen, vorderen, opeisen, verwarren, vereisen, verwikkelen, verstrikt, verstrengelen
Empêtrer in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • empêchées in het nederlands - verhinderd, voorkomen, verhinderde, vermeden, belet
  • empêchés in het nederlands - verhinderd, voorkomen, verhinderde, vermeden, belet
  • empêtré in het nederlands - schroomvallig, vreesachtig, benepen, schuw, bedeesd, bang, beschroomd, ...
  • en in het nederlands - als, blijkens, daarna, te, naar, gedurende, later, ...
Willekeurige woorden
Empêtrer in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: vergen, dooreenhalen, rekenen, verstrikken, betrekken, behoeven, moeten, eisen, vorderen, opeisen, verwarren, vereisen, verwikkelen, verstrikt, verstrengelen