Figer in het nederlands
Vertaling: figer, Woordenboek: frans » nederlands
Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
invriezen, bekoelen, stilstand, vriezen, terugbetalen, vorst, luwen, halte, bedaren, stollen, stremmen, stolt, congeal, bevriezen
Verwante woorden
Vertalingen
- fiez in het nederlands - vertrouwen, rekenen, beroepen, afhankelijk, beroep
- fifre in het nederlands - fluit, fife, in Fife, van Fife, pijp
- fignolée in het nederlands - delicaat, kies, iel, fijn, gevoelig, kieskeurig, pietluttige, ...
- figue in het nederlands - vijg, afbeelding, fig, afb, Figuur
Willekeurige woorden
Figer in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: invriezen, bekoelen, stilstand, vriezen, terugbetalen, vorst, luwen, halte, bedaren, stollen, stremmen, stolt, congeal, bevriezen
Vertalingen: invriezen, bekoelen, stilstand, vriezen, terugbetalen, vorst, luwen, halte, bedaren, stollen, stremmen, stolt, congeal, bevriezen