Mèche in het nederlands

abducteur in het nederlands - afvoerder, ontvoerder, abductor, de ontvoerder, ontvoerende
accéder in het nederlands - oprijlaan, aanvliegen, intrede, aanval, offensief, goedvinden, toegang, ...
exagération in het nederlands - overdrijving, overdreven, overdrijven, te overdrijven
intermède in het nederlands - intermezzo, tussenspel, Interlude, onderbreking, interludium

Willekeurige woorden

aanhangwagen

apropos

pijnlijk in het engels

schandelijk in het engels

stillen in het engels

vaandel in het engels

Mèche in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: kaarsensterkte, kousje, aanboren, slot, lont, doorboren, pit, boren, afsluiten, kaars, wiek, Wick, kous