Temps in het nederlands

Vertaling: temps, Woordenboek: frans » nederlands

Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
vakterm, term, strak, wereldruim, getij, plek, wip, betovering, ogenblik, maal, stukje, bonk, tijdperk, gedeelte, weder, deel, tijd, keer, moment, de tijd, keer dat
Temps in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • accréditent in het nederlands - accrediteren, geloof, geloofsbrieven, Credence, geloofwaardigheid, geloofwaardig
  • chauffez in het nederlands - warm, hitte, warmte, vuur, warmte-
  • désinfecta in het nederlands - gedesinfecteerd, ontsmet, gedesinfecteerde, ontsmette, desinfecteren
  • intervinrent in het nederlands - tussenbeide, ingegrepen, intervenieerde, geïntervenieerd, tussengekomen
Willekeurige woorden
Temps in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: vakterm, term, strak, wereldruim, getij, plek, wip, betovering, ogenblik, maal, stukje, bonk, tijdperk, gedeelte, weder, deel, tijd, keer, moment, de tijd, keer dat