Tenant in het nederlands

Vertaling: tenant, Woordenboek: frans » nederlands

Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
eigenschap, vertegenwoordiger, kampioen, goed, voorspreker, eigendom, houder, pleitbezorger, bezitting, verdediger, titelhouder, vermogen, schede, allooi, kwaliteit, foedraal, het nemen, nemen, rekening, nemen van, die
Tenant in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • célébrons in het nederlands - opdragen, fuiven, feestvieren, verheerlijken, loven, celebreren, vieren, ...
  • diurne in het nederlands - dag, dagblad, alledaags, dagelijks, daags, dag-, dagelijkse, ...
  • démantelé in het nederlands - ontmanteld, gedemonteerd, ontmantelde, gedemonteerde, afgebroken
  • massivement in het nederlands - massief, zwaar, massaal, enorm, grote schaal
Willekeurige woorden
Tenant in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: eigenschap, vertegenwoordiger, kampioen, goed, voorspreker, eigendom, houder, pleitbezorger, bezitting, verdediger, titelhouder, vermogen, schede, allooi, kwaliteit, foedraal, het nemen, nemen, rekening, nemen van, die