Traverse in het nederlands - Vertaling / Woordenboek frans

Vertaling: traverse, Woordenboek: frans » nederlands

Brontaal:

frans

Doeltaal:

nederlands

Vertalingen:

versperren, leuning, spoorstaaf, afsluiting, rail, beletsel, blok, dichtmaken, inmenging, obstakel, vastzetten, hinderpaal, katrol, slagboom, slaap, afsluiten, kruising, oversteekplaats, kruispunt, overweg, overtocht

Verwante woorden

versperren in het frans

leuning in het frans

spoorstaaf in het frans

afsluiting in het frans

rail in het frans

beletsel in het frans

blok in het frans

dichtmaken in het frans

inmenging in het frans

obstakel in het frans

vastzetten in het frans

hinderpaal in het frans

katrol in het frans

slagboom in het frans

slaap in het frans

afsluiten in het frans

Vertalingen

apparemment in het nederlands - waarschijnlijk, klaarblijkelijk, zeker, vermoedelijk, blijkbaar, wel, allicht, ...
conglutiner in het nederlands - cake, koek, taart
dilettante in het nederlands - amateur, liefhebber, knutselaar, dilettant, dilettantische
manège in het nederlands - daaromheen, carrousel, eromheen, zweefmolen, draaimolen, carousel, de Carrousel, ...

Willekeurige woorden

bedoeling in het engels

boegspriet in het engels

hak in het engels

hutspot in het engels

opwekken in het engels

Traverse in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: versperren, leuning, spoorstaaf, afsluiting, rail, beletsel, blok, dichtmaken, inmenging, obstakel, vastzetten, hinderpaal, katrol, slagboom, slaap, afsluiten, kruising, oversteekplaats, kruispunt, overweg, overtocht