Unité in het nederlands

Vertaling: unité, Woordenboek: frans » nederlands

Brontaal:
frans
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
een, eenheid, eendracht, foefje, hulpmiddelen, samenhang, apparaat, één, unit, inrichting, toestel
Unité in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • allez in het nederlands - raken, verlopen, functioneren, standhouden, reizen, gaan, lopen, ...
  • capté in het nederlands - gevangen, gevangen genomen, veroverde, veroverd, vastgelegd
  • ciment in het nederlands - cement, van cement, cement-
  • habillé in het nederlands - snoep, voortreffelijk, gewiekst, beminnelijk, slim, levendig, versnapering, ...
Willekeurige woorden
Unité in het nederlands - Woordenboek: frans » nederlands
Vertalingen: een, eenheid, eendracht, foefje, hulpmiddelen, samenhang, apparaat, één, unit, inrichting, toestel