Κάθισμα in het nederlands

κάθε in het nederlands - ieder, binnen, per, al, in, iedere, te, ...
κάθετος in het nederlands - verticaal, vertikaal, loodrecht, rechtopstaand, verticale, vertikale, de verticale
κάθομαι in het nederlands - broeden, zitten, koesteren, poseren, zit, te zitten, gaan zitten, ...
κάκτος in het nederlands - cactus, cactussen, de Cactus, De Cactus van, cactus van

Willekeurige woorden

element

graan

Κάθισμα in het nederlands - Woordenboek: grieks » nederlands
Vertalingen: zitvlak, zetel, plaatsen, kont, zetten, plaats, bips, bril, achterste, zitplaats, zitting