Zapisnik in het nederlands

zapisati in het nederlands - aantekenen, tegen, vastleggen, registreren, plaat, aan, schijf, ...
zapisivanje in het nederlands - opname, opnemen, de opname, registratie, het opnemen
zapisničar in het nederlands - klerk, bediende, griffier, receptionist, griffie
zaplašiti in het nederlands - angst, vrees, beduchtheid, schrik, bangmakerij, afschrikken, verjagen

Willekeurige woorden

accumulator

ontwikkelingsgang

millennium in het engels

zwaarlijvig in het engels

Zapisnik in het nederlands - Woordenboek: kroatisch » nederlands
Vertalingen: moment, oogwenk, tijdstip, ogenblik, wip, protocol, proces-verbaal, notulen, tel, bekeuring, minuut, record, opnemen, verslag, plaat, opname