Fruor in het nederlands

Vertaling: fruor, Woordenboek: latijn » nederlands

Brontaal:

latijn

Doeltaal:

nederlands

Vertalingen:

aanwenden, doelstelling, zetten, functie, toepassing, usance, aanwending, toepassen, gebruiken, honk, betrekking, baan, doorvoeren, doel, werkkring, aandoen

Verwante woorden

aanwenden in het latijn

doelstelling in het latijn

zetten in het latijn

functie in het latijn

toepassing in het latijn

usance in het latijn

aanwending in het latijn

toepassen in het latijn

gebruiken in het latijn

honk in het latijn

betrekking in het latijn

baan in het latijn

doorvoeren in het latijn

doel in het latijn

werkkring in het latijn

aandoen in het latijn

Vertalingen

frons in het nederlands - wenkbrauw, voorkant, voorzijde, gevel, voorhoofd, front
frumentum in het nederlands - pit, koren, zaadkorrel, korrel, graan
frustro in het nederlands - drogbeeld, zinsbedrog, grap, illusie, beduvelen, hebbelijkheid, begoocheling, ...
fuga in het nederlands - ontkomen, vliegtocht, lek, ontvluchten, vlucht, kogelbaan, ontgaan, ...

Willekeurige woorden

talloos in het engels

toorn in het engels

vuurhaard in het engels

Fruor in het nederlands - Woordenboek: latijn » nederlands
Vertalingen: aanwenden, doelstelling, zetten, functie, toepassing, usance, aanwending, toepassen, gebruiken, honk, betrekking, baan, doorvoeren, doel, werkkring, aandoen