Nams in het nederlands

Vertaling: nams, Woordenboek: lets » nederlands

Brontaal:
lets
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
pand, huis, gezin, huishouden, familie, geslacht, theater, schouwburg, huishouding, toneelwezen, toneel, huizen, woning, house, huis in
Nams in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • namatēvs in het nederlands - herbergier, logementhouder, gastheer, waard, entertainer, artiest, entertainer van
  • namdaris in het nederlands - timmerman, Carpenter, van de timmerman, de Timmerman, schrijnwerker
  • nasta in het nederlands - zending, laden, beladen, last, lading, inladen, vracht, ...
  • nauda in het nederlands - poen, valuta, geld, je geld, geld te, money, van geld
Willekeurige woorden
Nams in het nederlands - Woordenboek: lets » nederlands
Vertalingen: pand, huis, gezin, huishouden, familie, geslacht, theater, schouwburg, huishouding, toneelwezen, toneel, huizen, woning, house, huis in