Tranzistors in het nederlands

Vertaling: tranzistors, Woordenboek: lets » nederlands

Brontaal:
lets
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
tor, transistor, de transistor, transistorradio
Tranzistors in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • transports in het nederlands - vervoer, voorhebben, circulatie, voeren, transport, passage, omloop, ...
  • transportēt in het nederlands - overbrengen, schip, opzenden, opsturen, expediëren, voeren, vervoer, ...
  • traucējums in het nederlands - schaduwzijde, minpunt, nadeel, wanorde, stoornis, aandoening, ziekte, ...
  • traucēklis in het nederlands - bedreigen, dreiging, dreigement, dreigen, bedreiging, overlast, hinder, ...
Willekeurige woorden
Tranzistors in het nederlands - Woordenboek: lets » nederlands
Vertalingen: tor, transistor, de transistor, transistorradio