Winkelier in het deens - Vertaling / Woordenboek nederlands

Vertaling: winkelier, Woordenboek: nederlands » deens

Brontaal:

nederlands

Doeltaal:

deens

Vertalingen:

butiksindehaveren, købmand, butiksindehaver, købmanden, forretningsdrivende

Andere Talen

Verwante woorden: winkelier

winkelier antoniemen, winkelier betekenis, winkelier de lier, winkelier engels, winkelier grammatica, winkelier talen woordenboek deens, winkelier in het deens

Vertalingen

wingerd in het deens - vinstok, vindrue, vin, vinranke, druesorter, vinstokken
winkel in het deens - remise, butik, lager, depot, forråd, forretning, shop, ...
winnaar in het deens - vinder, vinderen, Choice, Winner, vinder af
winnen in het deens - fortjene, opnå, vinde, fortjeneste, få, at vinde, for at vinde, ...

Willekeurige woorden