Debiteren in het duits - Vertaling / Woordenboek nederlands

debiteren antoniemen, debiteren betekenis, debiteren crediteren bankrekening, debiteren crediteren betekenis, debiteren crediteren uitleg, debiteren talen woordenboek duits, debiteren in het duits

Vertalingen

debet in het duits - debet, abbuchung, schuldposten, belastung, lastposten, soll, Soll, ...
debetzijde in het duits - debet, soll, lastposten, belastung, abbuchung, schuldposten, Soll, ...
decaan in het duits - dekan, doyen, Dekan, dean, Dekans, Dekanin
decanteren in het duits - karaffe, umfüllen, dekantieren, Dekantier, dekantieren Sie, decant

Willekeurige woorden