Slag in het engels
Vertaling: slag, Woordenboek: nederlands » engels
Brontaal:
nederlands
Doeltaal:
engels
Vertalingen:
belt, bash, knack, bang, snare, expertise, kind, fight, acquisition, motion, skill, form, acquirement, hang, knock, move, stroke, battle, blow, impact, percussion
Verwante woorden
Andere Talen
Synoniemen & Vertalingen: slag
fib
- leugentje
- jokkentje
- jokker
- slag
- hit
- treffer
- succes
- schlager
- stoot
- slag
- kruik
- kan
- slag
- gevangenis
- schoot
- ronde
- oorlel
- heuveldal
- overstekend deel
- slag
- tik
- klop
- geklop
- knip
- slag
- stuiver
- knal
- slag
- slag
- klap
- slag
- mep
- stoot
- houw
- flap
- buil
- bult
- stoot
- bons
- plof
- slag
- karbonade
- kotelet
- hakhouw
- slag
- korte golfslag
- klap
- slag
- donderslag
- handgeklap
- klem
- scheersel
- knipsel
- knijper
- haak
- slag
- manchet
- slag
- klap
- oorveeg
- opslag
- scheutje
- slag
- stoot
- klets
- smak
- botsing
- slag
- stoot
- steekwond
- schoffel
- insnijding
- kert
- pijn
- kwaad
- wond
- letsel
- nadeel
- slag
- trap
- schop
- slag
- energie
- stimulans
- soort
- aard
- natuur
- slag
- kink
- kronkel
- slag
- krul
- beweging
- zet
- verhuizing
- stap
- beurt
- slag
- gelui van klokken
- gerommel
- donderslag
- slag
- gesachter
- klokkenspel
- vacht
- vel
- huid
- het gooien
- het slaan
- slag
- slag
- stoot
- stortregen
- cijns
- schot
- shot
- opname
- bereik
- schop
- slag
- klap
- mep
- lel
- slag
- pats
- oorveeg
- soort
- aard
- klasse
- slag
- slag
- tact
- slag
- maat
- ritme
- beleid
- barst
- spleet
- breuk
- knal
- slag
- klap
- rit
- rijtoer
- inrij
- oprij
- oprijlaan
- slag
- handigheid
- slag
- behandigheid
- klop
- slag
- stoot
- duw
- tik
- geklop
- pond
- pond sterling
- gevangenis
- omsloten ruimte
- schutstal
- slag
- stempel
- pons
- stoot
- stomp
- slag
- kartjesknipper
- slag
- houw
- jaap
- veeg
- snee
- mouwsplit
- slag
- kwak
- smak
- botsing
- aanrijding
- vernieling
- slag
- gooi
- veeg
- oprit
- veger
- schoorsteenveger
- slag
- oprijlaan
- slag
- wip
- stam
- volksstam
- geslacht
- familie
- soort
- slag
- truc
- slag
- kunstje
- kunstgreep
- hebbelijkheid
- klap
- mep
- slag
- smak
- deel
- aandeel
- slag
- dreun
- stomp
- strijd
- slag
- gevecht
- veldslag
- zeeslag
- kamp
- stoot
- slag
- schok
- botsing
- rapport
- verslag
- bericht
- formulier
- angifteformulier
- slag
- beroerte
- slag
- stoot
- zet
- aai
- toeval
- reizen
- reis
- reisbeschrijving
- beweging
- slag
- pardoes
- slag
- mep
- logge beweging
- opstopper
- gekwinkeleer
- gekweel
- slag
- lied
- handgemeen
- vechtpartij
- kloppartij
- gevecht
- strijd
- slag
- werkstaking
- slag
- afranseling
- slag
- trilling
- hartslag
- klopping
- het slaan
- schroefslag
- slag
- aframmeling
- slag
- slag
- slag
- beklopping
Verwante woorden: slag
aan de slag, de slag, haar met slag, slag aan de somme, slag antoniemen, slag talen woordenboek engels, slag in het engels
Vertalingen
- slachthuis in het engels - abattoir, shambles, slaughterhouse, slaughterhouses, slaughter
- slachtoffer in het engels - victim, victims, a victim, the victim
- slagader in het engels - artery, arterial, vein, arteries
- slagboom in het engels - barrier, gate, bar, boom
Willekeurige woorden
Slag in het engels - Woordenboek: nederlands » engels
Vertalingen: belt, bash, knack, bang, snare, expertise, kind, fight, acquisition, motion, skill, form, acquirement, hang, knock, move, stroke, battle, blow, impact, percussion
Vertalingen: belt, bash, knack, bang, snare, expertise, kind, fight, acquisition, motion, skill, form, acquirement, hang, knock, move, stroke, battle, blow, impact, percussion