Instrueren in het zweeds
Vertaling: instrueren, Woordenboek: nederlands » zweeds
Brontaal:
nederlands
Doeltaal:
zweeds
Vertalingen:
instruera, undervisa, instruerar, ålägga, uppdra
Verwante woorden
Andere Talen
Verwante woorden: instrueren
instrueren antoniemen, instrueren betekenis, instrueren coachen motiveren delegeren, instrueren delegeren coachen, instrueren engels, instrueren talen woordenboek zweeds, instrueren in het zweeds
Vertalingen
- instructeur in het zweeds - lärare, instruktör, instruktören, instruktörs
- instructie in het zweeds - hantering, ledning, anvisning, riktning, undervisning, styrelse, håll, ...
- instrumentenbord in het zweeds - tavla, instrumentbräda, instrumentbrädan, instrumentpanelen, brädan, instrumentpanel
- integraal in het zweeds - integrerad, gral, väsentlig, integrerade, stycke
Willekeurige woorden
Instrueren in het zweeds - Woordenboek: nederlands » zweeds
Vertalingen: instruera, undervisa, instruerar, ålägga, uppdra
Vertalingen: instruera, undervisa, instruerar, ålägga, uppdra