Stram in het nederlands

straffe in het nederlands - straffen, bestraffen, te straffen, te bestraffen, straf
straks in het nederlands - zo, meteen, rechtstreeks, rechtop, komaan, enfin, nu, ...
stramme in het nederlands - spannen, aantrekken, aandraaien, verscherpen, aanhalen, draai, scherpen
strand in het nederlands - het strand, beach, strand van

Willekeurige woorden

almachtig

komkommer

instroom in het engels

meemaken in het engels

spaarbekken in het engels

tijd in het engels

verplichting in het engels

Stram in het nederlands - Woordenboek: noors » nederlands
Vertalingen: krap, stipt, inhalig, streng, hebzuchtig, pinnig, schraperig, strak, nauwsluitend, benauwd, gierig, vrekkig, nauw, strakke, krappe, nauwe