Bramka in het nederlands
Vertaling: bramka, Woordenboek: pools » nederlands
Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
winst, deur, doelwit, verdienste, draaihek, baat, doel, wit, netwerk, afsluiten, honk, belemmeren, slagboom, afsluiting, belang, versperring, gate, poort, hek, de poort
Verwante woorden
Vertalingen
- brakujący in het nederlands - onvoldoende, niets, niks, nul, niemendal, nihil, vermist, ...
- brama in het nederlands - draaihek, deuropening, entree, deur, poort, toegang, ingang, ...
- bramkarz in het nederlands - doelverdediger, goalkeeper, doelman, keeper, doelman uitschakelt
- bramkowanie in het nederlands - gating, venstertijd, venstervermogen
Willekeurige woorden
Bramka in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: winst, deur, doelwit, verdienste, draaihek, baat, doel, wit, netwerk, afsluiten, honk, belemmeren, slagboom, afsluiting, belang, versperring, gate, poort, hek, de poort
Vertalingen: winst, deur, doelwit, verdienste, draaihek, baat, doel, wit, netwerk, afsluiten, honk, belemmeren, slagboom, afsluiting, belang, versperring, gate, poort, hek, de poort