Ciążyć in het nederlands

Vertaling: ciążyć, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
afwegen, overwegen, wegen, weegt, weeg, te wegen
Ciążyć in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • ciążenie in het nederlands - zwaartekracht, neiging, tendens, de neiging, trend, geneigd
  • ciążowy in het nederlands - zwangerschap, van de zwangerschap, op zwangerschap, de zwangerschap, zwangerschapsafbreking
  • ciążący in het nederlands - drukkend, zittende, incumbent, rustende, gevestigde exploitant, taak
  • cięcie in het nederlands - geleding, hakken, baanvak, departement, legerafdeling, snede, divisie, ...
Willekeurige woorden
Ciążyć in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: afwegen, overwegen, wegen, weegt, weeg, te wegen