Człowiek in het nederlands

Vertaling: człowiek, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
sujet, kameraad, man, menselijk, enkelvoudig, dierlijk, mens, personage, aaneen, makker, eenvoudig, vent, mensheid, knul, individu, aalwaardig, de mens, mensen
Człowiek in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • człowieczeństwo in het nederlands - mensheid, mensdom, menselijkheid, de mensheid, de menselijkheid, mens
  • człowieczy in het nederlands - individu, menselijk, kerel, persoon, sujet, vent, personage, ...
  • córa in het nederlands - dochter, dochter van, de dochter
  • córka in het nederlands - dochter, dochter van, de dochter
Willekeurige woorden
Człowiek in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: sujet, kameraad, man, menselijk, enkelvoudig, dierlijk, mens, personage, aaneen, makker, eenvoudig, vent, mensheid, knul, individu, aalwaardig, de mens, mensen