Gospodarz in het nederlands

Vertaling: gospodarz, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
herbergier, pachter, landman, logementhouder, origineel, opzichter, bewaker, baas, boer, grootmeester, opperhoofd, heer, aanvoerder, patroon, gebieder, gastheer, ontvangende, ontvangst, samen, van ontvangst
Gospodarz in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • gospodarować in het nederlands - opkweken, agrarisch, heffen, besturen, boerderij, opvoeden, eega, ...
  • gospodarstwo in het nederlands - grootbrengen, goed, gezin, beuren, oprichten, huishouden, tillen, ...
  • gospodarzenie in het nederlands - loop, boer, landbouwer, landbouwers, bedrijfshoofd, boeren
  • gospodyni in het nederlands - huishoudster, gastvrouw, hostess, stewardess, waardin
Willekeurige woorden
Gospodarz in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: herbergier, pachter, landman, logementhouder, origineel, opzichter, bewaker, baas, boer, grootmeester, opperhoofd, heer, aanvoerder, patroon, gebieder, gastheer, ontvangende, ontvangst, samen, van ontvangst