Jąkać in het nederlands
Vertaling: jąkać, Woordenboek: pools » nederlands
Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
hakkelen, struikelen, stotteren, stamelen, aarzeling, gestotter, stutter, stotter
Verwante woorden
Vertalingen
- jądrowy in het nederlands - atomair, nucleair, nucleaire, de nucleaire, kernenergie, kern
- jąkanie in het nederlands - stamelen, hindernis, vergissing, hakkelen, breuk, fout, stotteren, ...
- jątrzyć in het nederlands - opruien, ophitsen, uitlokken, tergen, veroorzaken, wekken, provoceren
- jąć in het nederlands - grijpen, aangrijpen, vorderen, bemachtigen, JAC, van JAC
Willekeurige woorden
Jąkać in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: hakkelen, struikelen, stotteren, stamelen, aarzeling, gestotter, stutter, stotter
Vertalingen: hakkelen, struikelen, stotteren, stamelen, aarzeling, gestotter, stutter, stotter