Małżonek in het nederlands

Vertaling: małżonek, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
gemaal, echtgenoot, paren, echtgenote, eega, man, partner
Małżonek in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • małżeński in het nederlands - gehuwd, getrouwd, trouwde, trouwen, huwde
  • małżeństwo in het nederlands - duo, span, stel, echt, paar, huwelijk, echtverbintenis, ...
  • małżowina in het nederlands - rugschild, schelp, schaal, beschieten, schild, kinkhoorn, huisje, ...
  • mańkuctwo in het nederlands - linkshandigheid, linksheid
Willekeurige woorden
Małżonek in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: gemaal, echtgenoot, paren, echtgenote, eega, man, partner