Napocząć in het nederlands
Vertaling: napocząć, Woordenboek: pools » nederlands
Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
brood, mik, els, rijgnaald, aanboren, broots of trekfrees, een spit kenmerken
Verwante woorden
Vertalingen
- napocić in het nederlands - bezweren, ketteren, vloeken, zweet, het zweet, zweten, transpiratie, ...
- napoczynać in het nederlands - aanboren, broche
- napoczęcie in het nederlands - opening, mond, gat, initiatief
- napoić in het nederlands - water, bevochtigen, wateren, pies, drenken, begieten, besproeien, ...
Willekeurige woorden
Napocząć in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: brood, mik, els, rijgnaald, aanboren, broots of trekfrees, een spit kenmerken
Vertalingen: brood, mik, els, rijgnaald, aanboren, broots of trekfrees, een spit kenmerken