Odnająć in het nederlands

Vertaling: odnająć, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
huren, huur, pachten, verhuren, scheur, kwijtschelden, laten gaan, afblazen
Odnająć in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • odnajdować in het nederlands - treffen, vinden, aantreffen, ontdekken, bevinden, herontdekken, herontdekking, ...
  • odnajdywać in het nederlands - ontdekken, aantreffen, vinden, treffen, bevinden
  • odnalezienie in het nederlands - ontdekking, bevinding, vondst, vaststelling, conclusie, vinden
  • odnaleźć in het nederlands - vestigen, uittekenen, spoor, gronden, oprichten, stichten, baseren, ...
Willekeurige woorden
Odnająć in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: huren, huur, pachten, verhuren, scheur, kwijtschelden, laten gaan, afblazen