Opowiadać in het nederlands

Vertaling: opowiadać, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
bevelen, opgeven, schikken, vertellen, aanvragen, zeggen, sommeren, verhalen, gelasten, verordenen, debiteren, bestellen, regelen, hertelling, hertell, natelling, hertellen
Opowiadać in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • opowiadacz in het nederlands - verteller, narrator, verhaler, de verteller, vertelster
  • opowiadanie in het nederlands - etage, geslachtsdaad, betrekking, vertelsel, garen, relatie, verhaal, ...
  • opowiastka in het nederlands - vertelling, sprookje, vertelsel, verhaal, relaas, tale
  • opowiedzieć in het nederlands - verordenen, opgeven, zeggen, aanvragen, gelasten, sommeren, bestellen, ...
Willekeurige woorden
Opowiadać in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: bevelen, opgeven, schikken, vertellen, aanvragen, zeggen, sommeren, verhalen, gelasten, verordenen, debiteren, bestellen, regelen, hertelling, hertell, natelling, hertellen