Połówka in het nederlands

Vertaling: połówka, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
half, helft, de helft, halve, helft van
Połówka in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • połóg in het nederlands - aflevering, levering, bezorging, inlevering, opsluiting, bevalling, de bevalling, ...
  • połów in het nederlands - trekken, vangst, houvast, greep, vangen, vangsten, catch, ...
  • połączenie in het nederlands - samenbinden, smelting, geleding, samenhang, verbinden, combinatie, gelegenheid, ...
  • połączeniowy in het nederlands - verbinding, aansluiting, connectie, verband, Connection
Willekeurige woorden
Połówka in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: half, helft, de helft, halve, helft van