Poręczyciel in het nederlands

poręczność in het nederlands - gemak, apparaat, gerief, toestel, het gemak, comfort, gebruiksgemak, ...
poręczny in het nederlands - geschikt, doelmatig, gemakkelijk, handig, handige, pas, van pas, ...
poręczyć in het nederlands - waarborgen, beveiligen, garantie, verzekeren, sponsoren, waarborg, garanderen, ...
poręka in het nederlands - garant, beveiligen, sponsoren, pand, borgstelling, garanderen, waarborgen, ...

Willekeurige woorden

aanvallend

jaar

belegging in het engels

doorkruisen in het engels

Poręczyciel in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: garantie, garant, waarborgen, verzekeren, waarborg, beveiligen, gijzelaar, sponsoren, bon, garanderen, borg, garantiegever, zekerheidssteller