Przenosić in het nederlands

Vertaling: przenosić, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
aanhouden, sturen, opsturen, voeren, beweging, verlet, opzenden, opheffen, dragen, breuk, transport, afzetten, verschuiven, verroeren, verdaging, ontroeren, verhuizing, bewegen, zet, verplaatsen
Przenosić in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • przenocować in het nederlands - logeren, resten, achterblijven, blijven, oponthoud, resteren, overblijven, ...
  • przenosiny in het nederlands - verlopen, zet, aangrijpen, slag, bewegen, verplaatsen, aandoen, ...
  • przenoszenie in het nederlands - uitwerken, verroeren, lopen, bedrijven, doen, treffen, uitbrengen, ...
  • przenośnia in het nederlands - metafoor, metafoor van, beeldspraak, de metafoor, beeld
Willekeurige woorden
Przenosić in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: aanhouden, sturen, opsturen, voeren, beweging, verlet, opzenden, opheffen, dragen, breuk, transport, afzetten, verschuiven, verroeren, verdaging, ontroeren, verhuizing, bewegen, zet, verplaatsen