Przewidywać in het nederlands
Vertaling: przewidywać, Woordenboek: pools » nederlands
Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
beduiden, provianderen, anticiperen, prejudiciëren, waarzeggen, spekken, voorspelling, verwachten, voorzien, verwachting, bevoorraden, voorzeggen, prognose, verstrekken, verschaffen, vooruitlopen, zorgen voor, voorzien van
Verwante woorden
Vertalingen
- dogmatyczny in het nederlands - dogmatisch, dogmatische, de dogmatische, dogma
- gburowaty in het nederlands - nors, zuur, lastig, stuurs, schor, onaardig, hard, ...
- pałąk in het nederlands - toog, boog, borgtocht, bail, borg, borgsom, beugel
- pikrynowy in het nederlands - picrinezuur, pikrinezuur
Willekeurige woorden
Przewidywać in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: beduiden, provianderen, anticiperen, prejudiciëren, waarzeggen, spekken, voorspelling, verwachten, voorzien, verwachting, bevoorraden, voorzeggen, prognose, verstrekken, verschaffen, vooruitlopen, zorgen voor, voorzien van
Vertalingen: beduiden, provianderen, anticiperen, prejudiciëren, waarzeggen, spekken, voorspelling, verwachten, voorzien, verwachting, bevoorraden, voorzeggen, prognose, verstrekken, verschaffen, vooruitlopen, zorgen voor, voorzien van