Przyjechać in het nederlands

Vertaling: przyjechać, Woordenboek: pools » nederlands

Brontaal:
pools
Doeltaal:
nederlands
Vertalingen:
belanden, arriveren, aankomen, komen, aankomt
Przyjechać in het nederlands
Verwante woorden

Vertalingen

  • czuwanie in het nederlands - gadeslaan, horloge, bewaken, schouwen, bekijken, toezien, nagaan, ...
  • glikol in het nederlands - glycol, leenglycol, col, ethyleenglycol
  • nagle in het nederlands - weldra, haast, kortaf, alras, gauw, plotseling, binnenkort, ...
  • połowica in het nederlands - helft, half, iemands, je, de eigen
Willekeurige woorden
Przyjechać in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: belanden, arriveren, aankomen, komen, aankomt