Przyprawa in het nederlands

człon in het nederlands - beweren, land, verzekeren, element, beginsel, lid, term, ...
nadciśnienie in het nederlands - overmeesteren, hypertensie, hoge bloeddruk, bloeddruk, van hypertensie
odleżeć in het nederlands - zacht, murw, mellow, zachte, verzachten
okular in het nederlands - overige, toeven, staartje, rest, resterende, resteren, overblijfsel, ...

Willekeurige woorden

haardos

opzet

gewrocht in het engels

lijfeigenschap in het engels

medeklinker in het engels

purperen in het engels

Przyprawa in het nederlands - Woordenboek: pools » nederlands
Vertalingen: specerij, smaakstof, kruiden, jus, saus, sop, kruid, additief, specerijen, spice